Eén jaar later…

Het is precies één jaar geleden dat ik hier een stukje schreef. ‘Rumoer binnen de Vrijmetselarij’ heet het schrijfsel dat goed gelezen is zie ik nu. In het kader van ‘het bloed kruipt..’ een voorzichtige poging om dit platform nieuw leven in te blazen. Dat is nog niet eenvoudig: er zijn veel vrijmetselaren, en binnen die groep zijn er bovendien veel kundige schrijvers. Maar ze (die vrijmetselaren dus) publiceren heel matig. Eigenlijk helemaal niet. De (officieel) website van de gezamenlijke loges in Den Haag (GoDN)  is sinds juni 2014 niet meer aangepast. Eigenlijk jammer, want ze hebben beslist wat te melden. Eén van de loges die op maandag bij elkaar komt bestaat niet meer (De Vlammende Ster), heel jammer. De overige loges lijken niet (meer) te investeren in online aanwezigheid. Twee loges steken met kop en schouders boven de rest uit: L’Union Royale (maar: waarom is de agenda leeg) en Groot Nederland verspreiden een duidelijke en vooral aantrekkelijke boodschap. Goed – bedenk ik mij – als niemand, dan… Met hoog gespannen verwachting kijk ik naar de hoofdpagina van de Nederlandse Vrijmetselaren (GoDN), die pronkt hier. Jammer: in het 13 koppig hoofdbestuur zitten schijnbaar geen aanjagers voor het verkopen van het moois dat vrijmetselarij biedt: vreemd want de twee loges die wel snappen hoe dat werkt zitten bij wijze van spreken om de hoek. Leuk is wel dat Loge Ziggurat – ooit gehuisvest in Zoetermeer – haar intrek heeft genomen bij 14 (nu 13) andere loges die ook in Den Haag werken. Loge Ziggurat werkt gemengd (met mannen en vrouwen dus) en het gaat hen heel goed begrijp ik. De website heeft enorm veel inhoud en vooral veel tekst die – wat is het toch met de vrijmetselaars – niet (heel) actueel (meer) is.

Den Haag – om kort te gaan – is eigenlijk te leuk om niet over te schrijven. Hoe onaantrekkelijk de boodschap misschien ook is verpakt: de vrijmetselaren, en dat zijn mannen en vrouwen, zijn stuk voor stuk inspirerende mensen met een mooie boodschap bovendien. Die boodschap zit een beetje verpakt in dit product dat ik op Youtube tegenkom. Het stukje van Mat Herben (ook vrijmetselaar) begint op 0.29. Het is weinigen gegeven om zo kort en krachtig vrijmetselarij neer te zetten. Het derde compliment in dit stukje, en daar laat ik het vandaag even bij!

 

 

Rerun: het Mysterie van de Vrijmetselarij

Vrijmetselaars kampen met een imagoprobleem. Buitenstaanders hebben er associaties bij van geheime inwijdingen en gewelddadige rituelen. De macht van hun ‘stiekeme’ loges zou zich uit­strekken tot politiek en kerk. Het 250-jarig bestaan van de Orde van Vrijmetselaren onder het Groot Oosten der Nederlanden was voor filmmaker Annemarie van Zweeden en researcher Saskia Hamming reden om in het mysterie van de vrijmetselarij te duiken. De vrijmetselaars zelf wijzen iede­re verwijzing naar occultisme of samenzweringen naar het rijk der fabelen. Hamming: ‘Ook ik begon mijn research met de verwachting dat ik allerlei complotten en duis­tere figuren zou tegenkomen. Naarmate ik me meer in de ritue­len en de symboliek verdiepte, met vrijmetselaars praatte en tempels bezocht, kwam ik tot de conclusie dat er, in ieder geval in Nederland, van duistere praktij­ken geen sprake is.” In tegendeel. Van Zweeden en Hamming ontmoetten vooral aardige, weldenkende, hoog opgeleide mannen, die via de vrijmetselarij hun leven iets extra’s willen geven. Hamming: “Je voelt dat er iets met hen gebeurt op het moment dat ze in besloten kring met elkaar aan de slag gaan. Een deel van de aantrekkingskracht en meerwaarde van de vrijmetse­larij ligt dus wel in de geheimzin­nigheid en de beslotenheid ervan.

In onze gefragmenteerde en oppervlakkige samenleving verlangen steeds meer mensen naar mysterie, spiritualiteit en verbeelding. De vrijmetselarij ziet zichzelf als goed alternatief voor de zoekende mens die zich afvraagt of er meer is tussen hemel en aarde en die op zoek is naar een juiste levenshouding.” Van Zweeden volgt in haar docu­mentaire een aantal broeders: een doorgewinterde vrijmetselaar. de Grootmeester van de Orde tij­dens het feestelijke jubileumjaar en iemand die nog aan het begin van zijn vrijmetselaarscarrière staat. Na het zien van deze unieke documentaire – nooit eerder heeft een filmploeg zo veel van binnenuit mogen filmen – kan de kijker zelf de balans opmaken of de vrijmetselarij een jongensclub is voor ijdeltuiten of een verhe­ven broederschap die onze maat­schappij iets te bieden heeft.

Deze IKON-documentaire over de Vrijmetselarij werd uitgezonden op 13 december 2006. Dat is weliswaar even geleden, maar maakt de inhoud niet minder actueel. De documentaire is in delen op Youtube te zien (hieronder het eerste deel) en bovendien via IKON zelf via deze link. Wat de documentaire voor Den Haag ook aardig maakt is dat de documantairemaakster ook de voorbereiding van een leerlingen inwijding volgt bij onze broeders van L’Union Frederic.

Beno Hofman onderzoekt vrijmetselarij, in Groningen!

Het is een beetje komkommertijd. Op het gebied van vrijmetselarij gebeurt er niet heel veel, terwijl de meeste loges in Den Haag bovendien op retraite zijn: in verband met de kerstdagen gesloten dus. Vanzelfsprekend volgen wij met veel belangstelling wat er in de ons omringende steden gebeurd.  De Loge “L’Union Provinciale” is de oudste Vrijmetselaarsloge van Groningen, waarin in 1843 de van origine Franse Vrijmetselaarsloge “L’ Union Maçonnique” is opgegaan. “L’ Union Provinciale” is opgericht in 1772 en heeft het Logenummer 17 gekregen. Met de oprichting werd de Vrijmetselarij in het Noorden van Nederland geïntroduceerd. Nu hebben wij in Den Haag ook oude loges (bovendien, de oudste) maar daar gaat het hier niet om. Wat aardig is aan deze loge, is dat Benno Hofman daar een enorm aardige televiesierapportage over heeft gemaakt.  Hofman is stadshistoricus van Groningen. Naast de presentatie van zijn televisieprogramma Beno’s Stad, publiceert hij regelmatig historische boeken en krantenartikelen. Op de lokale zender OOG TV presenteerde Hofman van 1998 tot 2010 het programma Beno’s Stad. Hierin belichtte hij elke week de geschiedenis van de stad Groningen. Benno gaat in deze uitzending op zoek naar het mysterie van de vrijmetselarij, in Groningen.

Vrouwen in de vrijmetselarij

Door velen wordt de vrijmetselarij gezien als een typisch mannenbolwerk, omdat bij de Loges die vallen onder het Grootoosten der Nederlanden vrouwen niet worden toegelaten tot de maçonnieke arbeid. Dit wordt door sommigen als discriminerend ervaren. Echter, het masculiene karakter als discriminerend betitelen is m.i. kortzichtig.

We moeten niet vergeten dat, buiten de historische context van het ontstaan van de Loges, de arbeid in de Loges op een specifieke wijze uitgevoerd wordt. Er is een sfeer waarbij onderling respect, openheid en verdraagzaamheid hoog in het vaandel staan. Dit is een bijzondere sfeer, die in zekere zin haaks staat op de profane wereld. “Haaks” omdat de diverse persoonlijkheden in volstrekte openheid elkaars sterke en zwakke kanten leren kennen. Hierdoor kan men van elkaar leren en leert men dit in zijn dagelijks leven toe te passen. Het tonen van je zwakheden, wie durft dit in alle openheid in het dagelijks leven te doen? Doordat Loges wekelijks of tweewekelijks bij elkaar komen en vrijmetselaren elkaar dus regelmatig zien en elkaars karakter goed leren kennen, ontstaat een broederband. Er wordt wel eens gezegd: “Je krijgt er een grote familie bij, als je vrijmetselaar wordt”. In de vrijmetselarij kan de man “zichzelf zijn”.

Zou een dergelijke broederband gebaat zijn bij aanwezigheid van vrouwen? Met het risico te chargeren: door de aanwezigheid van vrouwen zouden mannen kunnen terugvallen in stereotyp gedrag, nl. “haantjesgedrag”. Wat overigens te denken over het ontstaan van jarenlange banden tussen mannen en vrouwen binnen één Loge, stel dat daar relaties uit voortkomen? Dergelijke situaties kunnen desastreus zijn voor de serene sfeer die binnen de Loge dient te heersen en kunnen zelfs het voortbestaan van de Loge in gevaar brengen. Laten we ook de thuisblijvende partner niet vergeten, die wekelijks in het volste vertrouwen haar partner naar de Logeavond ziet gaan.

Staat de vrouw bij de mannelijke vrijmetselarij dan in lager aanzien? Nee, integendeel! Voordat een vrijmetselaar wordt toegelaten moet duidelijk zijn dat zijn echtgenote/partner instemt met zijn lidmaatschap. Bovendien wordt de partner van de Broeders actief betrokken bij de Loge. Zo zijn er jaarlijks verschillende momenten waarop gezamenlijke activiteiten worden georganiseerd. Daarnaast is één van de condities (=toast) tijdens een Broedermaal volledig gewijd aan “de vrouw”. Kortom, de vrouw staat bij de mannelijke (reguliere) Loges in hoog aanzien.

Discussie

Is er nu sprake van discriminatie van de vrouw? Naar mijn bescheiden mening niet, integendeel zelfs! Waarom zou je als mannenloge,  met vele alternatieven voor andersdenkenden, je moeten openstellen voor vrouwen? Iedere vrijmetselaar, man of vrouw, heeft namelijk de vrijheid om te kiezen hoe hij of zij wil werken in de Loge. Vrijheid is de vrijmetselarij een groot goed, daarvoor vechten wij. Deze vrijheid mag daarom niet worden ingeperkt.

Het dwingen om de ongemengde Loges open te stellen voor vrouwen is daarom een stevige beperking van de vrijheid en kan net zo goed als discriminatie worden opgevat als het “buitensluiten” van vrouwen. Voor de broeders en zusters die een voorkeur hebben voor gemengde vormen, zijn er legio alternatieven waar zij in vrijheid gezamenlijk kunnen arbeiden. Misschien zou dit zelfs kunnen betekenen dat broeders overgaan van de reguliere Orde naar de irreguliere Obediënties, die vrijheid hebben zij.

Het is alleen jammer dat er geen puur vrouwelijke vorm van vrijmetselarij in Nederland bestaat. In België bestaat een Vrouwengrootloge, waar geen mannen worden toegelaten. In Nederland zou misschien een dergelijke Orde in de toekomst tot stand kunnen komen, indien de wens daartoe bestaat.

Tolerantie is belangrijk binnen de vrijmetselarij. Ik pleit er dan ook voor dat tussen al deze verschillende vormen van vrijmetselarij goede relaties bestaan en dat men elkaar – waar mogelijk en gewenst – helpt en ondersteuning biedt. Van concurrentie hoeft geen sprake te zijn, wederzijdse tolerantie en respect is echter essentieel.

Auteur: Rob webredactie@haagseloges.nl

Had ik de liefde niet

Had ik de liefde niet

Al kon ik nog zozeer
in prachtige preken
mijn redes afsteken
en wist ik wijze woorden op ieder gebied
maar had ik de liefde niet
dan was het toch meer
wat trommelgekletter
gezwets en geschetter
had ik de liefde niet.

Al blies ik trompet
hoog van de toren
al zong ik in koren
de sterren van de hemel, het hoogste lied
maar had ik de liefde niet
dan klonk het toch net
als toeters en bellen.
Ik had niets te vertellen
had ik de liefde niet.

Want liefde is echt
en liefde is aardig
is open, oprecht
en eerlijk, rechtvaardig.
‘t Is liefde die ziet
hoe opnieuw te beginnen
die ieder verdriet
ook de dood kan overwinnen.

Karel Eykman
uit: Zonder liefde ben je nergens
Uitgeverij De Harmonie, juni 2003

Modernisering!

Modernisering! Een proces dat ook gaande is binnen de Vrijmetselarij. Deze site, haagseloges.nl is er o.a. een van, waar ik met heel veel plezier aan meewerk.

En over dat moderniseren is best nog wel wat te doen. Het is ook wat, al die moderne fratsels en frutsels tegenwoordig. De “nieuwe” garde wil meer openheid en transparantie en zich openstellen via het nieuwerwetse internet. Met Argusogen bekijkt de “oudere” garde dit proces. Want laten we wel wezen, gaat er niet wat van de magie verloren? Ik ben er een van de “nieuwe” garde en nog vrouw ook. Dat vrouw zijn, werkt overigens niet tegen mij. Ik had namelijk de keuz3 om mij aan te sluiten bij een gemengde orde of  bij de weefsters. Ik koos voor de gemengde orde en word door de broeders van de “reguliere” orde met open armen ontvangen, zelfs de “oudere en conservatieve” broeder. Zo was mijn eerste bouwstuk dat ik ooit opleverde bij de broeders van een reguliere loge. Alleen bij officiële bijeenkomsten kan ik niet gezellig op visite komen.

Vind ik dat erg, zult u zich waarschijnlijk afvragen? En dan moet ik eerlijkheidshalve bekennen dat ik dat niet erg vind. Ik ben namelijk van mening dat je niet moet wroeten in oude tradities. De broederband die “de mannen” hebben vind ik namelijk redelijk uniek. Ik zal dan ook nooit en te nimmer een voorstander zijn van het “opengooien” van manneloges voor vrouwen. Wel ben ik een voorstander om alle loges gemengd of ongemengd, man of vrouw onder een overkoepelend orgaan te hebben en om de vrije keuze te hebben om je eigen loge open te stellen voor het andere geslacht. Dus daar ben ik wel “nieuwerwets” in.

En dan de transparantie en openheid die met de modernisering van de Vrijmetselarij samenhangt. De tijd is voorbij dat pa of moe op een doordeweekse avond stiekem met een tas onder de arm verdween naar onbekende oorden. Zeggen dat je vrijmetselaar bent behoort tegenwoordig ook tot de mogelijkheden. Alleen wordt dat door sommige mensen, door de waas van geheimzinnigheden uit het verleden en door de huidige complot-theorien, een beetje argwanend bekeken. Tenslotte zou je weleens een bok onder je arm vandaan kunnen toveren of de totale wereldmacht naar je toe willen trekken.

Maar goed, ik dwaal af…..

Ik ben wel een voorstander van openheid maar wel met de nodige terughoudendheid. Ik vond het toch wel zijn charme hebben om bij mijn inwijding voor de allereerste keer de tempel te betreden. Ik ben blij dat ik ondanks dat ik alles op internet kan vinden het niet heb gedaan. Voor mij was het als een mooi cadeau, waarvan ik nooit had durven dromen dat ik het ooit zou krijgen. Transparantie is goed maar dan wel met het cadeaupapiertje er nog omheen.

Meewerken aan modernisering doe ik met liefde maar dan wel met de charme van de oude tradities, welke voor sommige geheimzinnig zal zijn. Ik wil als vrijmetselaar in de maatschappij staan en niet in de toekomst een poppetje in een computerspel zoals deze site de toekomst van de vrijmetselarij heeft voorspeld.

Auteur: Linda linda@haagseloges.nl

“De waarheid vind je niet, die maak je zelf.”

Pittige filosofische beschouwingen in een ochtendkrant die gericht is op een jonger publiek en het meestal kort houdt, daar moet iets achter zitten. Of liever: iemand. De jonge filosoof – hij is 27 – Rob Wijnberg weet in nrc.next met verfrissende leesbaarheid de filosofische dilemma’s op scherp te zetten waarvoor mensen – van alle leeftijden – gesteld worden. Met Socrates heeft hij gemeen dat het uitgangspunt de werkelijkheid van alledag is.

“Vrijmetselaren? Wel van gehoord natuurlijk. Wat ze doen? Geen idee. Ik heb mij nooit aangetrokken gevoeld tot, zeg maar, het ‘groepsgevoel’ van een vereniging. Ook niet in Groningen waar ik studeerde.” Rob Wijnberg veronderstelt dat de zekere mate van verborgenheid van de Orde en het gedeeltelijke sociëteitskarakter van de samenkomsten zo’n gevoel beoogt te stimuleren. Snel bijgelicht begrijpt hij wat doeleinden als ‘zelfstandig zoeken naar waarheid’ en ‘beter mens worden’ kunnen betekenen voor mannen die een eigen kijk op de wereld verdedigen zonder het gelijk aan hun kant te proclameren.

Ook filosoof Wijnberg werkt op zijn wijze in het Westen. “Ach, de vooruitgang van de wereld en betere mensen worden nooit een feit. Vooruitgang is op zijn best een emotioneel idee om een mensenleven enige zin te geven. Het is de mens eigen om zijn eigen tijd tegen een andere tijd af te zetten en dan te oordelen dat die beter – of minder goed – is dan het vroeger was. Tweeduizend jaar geleden zullen ze er ook zo over hebben gedacht. Sindsdien zijn er miljoenen problemen opgelost en zijn er tegelijk miljoenen problemen bijgekomen.”

Waar de mensen voor staan, dat blijft gelijk, stelt Wijnberg vast. “Als snel vliegen een doel is, dan is er in dát perspectief vooruitgang. De wereld op zichzelf heeft geen doel. En of dat met het leven zo is, is ook een vraag.  Wij voegen zelf, al perspectivisch denkend, zin toe. Wij halen het uit onszelf, zeker niet uit de wereld. De vrijmetselaar zoekt ‘waarheid’? Ik vind ‘waar’ een vervelend begrip. Ik durf te zeggen: die waarheid, die maak je zelf. Die vind je niet. Je ontleent nergens betekenissen aan. Je gééft zélf betekenis aan je leven en alles wat daarmee te maken heeft.”

Bron: Algemeen Maçonniek Tijdschrift KUZ

Over vrijmetselarij

Zoals vele mensen stelt ook de vrijmetselaar zich vragen als: wat is mijn plaats en taak in deze wereld, waarom ben ik hier? Vrijmetselaren zoeken individueel, maar beseffen dat zij slechts een schakel zijn in de keten van alle mensen. Vrijmetselarij inspireert iedere ‘schakel’ door het ondergaan en meebeleven van rituelen. Door het zich eigenmaken van de symboliek van de inwijdingen tot leerling, gezel en meester, hopen vrijmetselaren ‘hun’ antwoorden te vinden. De symboliek is ontleend aan de kathedralenbouw en het toen geldende leerstelsel van leerling, gezel en meester.
In de leerling-graad tracht hij zichzelf, zijn diepere ik, te leren kennen. Hij toetst in de tweede of gezellengraad zijn relatie tot zijn medemens en in de derde of meestergraad probeert hij zijn houding te bepalen t.o.v. het onnoembare: die, of datgene wat vrijmetselaren symbolisch aanduiden met “Opperbouwmeester des Heelals”. Vrijmetselaren willen bouwen aan een onzichtbare Tempel (waartoe de bouw van de tempel van koning Salomo in Jeruzalem ten zinnebeeld strekt), waarvan zijzelf de “levende bouwstenen” zijn. Dat kan alleen als de “ruwe steen” welke zij zijn, bewerkt wordt tot een “kubieke steen”, die dan kan passen in dat bouwwerk. Vrijmetselaren komen bijeen in verenigingen, ‘loges’ genaamd. Deze loges trachten een middelpunt te zijn voor mensen met verschillende meningen. Binnen de loges spelen sociale of maatschappelijke hiërarchie geen rol. De loge is in onze hectische samenleving tevens een door “broederschap”, sociale geborgenheid en vertrouwelijkheid, gekenmerkt rustpunt. Tijdens avonden waarop een lezing met aansluitende gedachtewisseling met medebroeders gehouden wordt, kan dit zich verdiepen: evenals de beleving tijdens de inwijdingen kan een gedachtewisseling bijdragen aan het bewerken van de “ruwe steen” om een bruikbare bouwsteen voor een betere samenleving te worden. De vrijmetselaar probeert zelf aldus te komen tot een betere levenshouding. Zijn levensovertuiging wordt door al zijn medebroeders gerespecteerd. Met dank aan: Abiff, website ‘De Oude Landmerken’

Auteur: Frits frits@haagseloges.nl